Krediet Lijnen
Een kredietopening heeft meestal een maximumbedrag dat je kunt opnemen. Als iemand voortdurend aan die limiet zit, kan dat erop wijzen dat die persoon aflossingsproblemen heeft. Om die situatie zoveel mogelijk te vermijden, heeft de overheid het concept van de ‘nulstelling’ ingevoerd: je bent verplicht om na een bepaalde periode opnieuw op nul te staan.
Deze nulstelling is alleen van toepassing op kredietopeningen en niet op leningen op afbetaling. In dat laatste geval betaal je namelijk elke maand een deel van je lening terug en kun je het terugbetaalde bedrag niet opnieuw gebruiken. Een nulstelling heeft betrekking op het volledige bedrag van de kredietopening: de hoofdsom, de interesten en eventuele nalatigheidsintresten. Werkelijk alles wordt opnieuw op nul gezet.
Een nulstelling is verplicht voor kredietopeningen van onbepaalde duur of met een looptijd van meer dan vijf jaar. Nadat de teller op nul is gezet, begint er een nieuwe termijn.
De nulstellingstermijn
Afhankelijk van de voorwaarden van de kredietopening gelden er verschillende nulstellingstermijnen.
Kredietopening met verplichting tot periodieke terugbetaling van kapitaal
De nulstellingstermijn wordt berekend op basis van het maximale bedrag dat je kunt gebruiken, de rentevoet en een hypothetische maandelijkse aflossing van 1/12de (bij een kredietopening ≤ 5.000 euro) of 1/18de (bij een kredietopening > 5.000 euro) van het maximumbedrag. De termijn kan dus verschillen van overeenkomst tot overeenkomst.
De wet voorziet een maximale nulstellingstermijn:
5 jaar voor kredietopeningen ≤ 5.000 euro
8 jaar voor kredietopeningen > 5.000 euro
Kredietopening zonder verplichting tot periodieke terugbetaling van kapitaal
De maximale nulstellingstermijn is korter bij kredietopeningen zonder periodieke terugbetaling:
1 jaar voor kredietopeningen ≤ 3.000 euro
5 jaar voor kredietopeningen > 3.000 euro
Raadpleeg steeds je overeenkomst. Daarin vind je de exacte termijn.
Minimale terugbetaling
Als je een kredietopening hebt met periodieke terugbetaling, moet je ook rekening houden met minimumbedragen:
≤ € 5.000: 1/18e (maandelijks) of 1/6e (kwartaal) of 1/3e (halfjaarlijks)
> € 5.000 en < € 10.000: 1/24e (maandelijks) of 1/8e (driemaandelijks) of 1/4e (halfjaarlijks)
> € 10.000: 1/36e (maandelijks) of 1/12e (driemaandelijks) of 1/6e (halfjaarlijks)
Bovendien moet je bij elke terugbetaling minstens 25 euro vereffenen. Als je minder dan 25 euro verschuldigd bent, ben je verplicht het volledige bedrag terug te betalen.