Hypothecaire lening

De regels rond hypothecaire leningen zijn met de wet van 22 april 2016 veranderd. Titel 4, hoofdstuk 2 van boek VII van het WER is volledig vervangen.

Hoofdstuk 2 heeft tot doel de consument te beschermen bij hypothecaire leningen. Kredietgevers en -bemiddelaars worden namelijk verplicht om rekening te houden met de bestemming van de lening en de financiële situatie van de consument wanneer ze een lening en een bedrag voorstellen.

Om welke leningen gaat het?

Titel 4 is van toepassing op kredietovereenkomsten gesloten met een consument die in België zijn of haar gewone verblijfplaats heeft, op voorwaarde dat:

  • de kredietgever zijn of haar commerciële of beroepsactiviteiten ontplooit in België; of
  • dergelijke activiteiten met ongeacht welke middelen richt op België of op verscheidene landen, met inbegrip van België, en de overeenkomst onder die activiteiten valt.

Ook drie andere elementen spelen een rol:

  • het begrip ‘consument’;
  • het begrip ‘hypothecaire kredietovereenkomst’;
  • de territoriale toepassing van de wet.

Voorbeelden:

  • Het hypothecaire krediet wordt aangevraagd door een zelfstandige, een landbouwer of een persoon die een vrij beroep uitoefent en voor overwegend niet-professionele doeleinden (= privédoeleinden): boek VII van het WER is van toepassing (= consumenten).
  • Het hypothecaire krediet wordt aangevraagd door dezelfde personen, maar voornamelijk voor professionele doeleinden: boek VII van het WER is niet van toepassing (geen consumenten).